“Ik doe alles voor mijn kind”
Aan tafel zit een knappe, verzorgde vrouw. Een beetje zenuwachtig, maar ook stralend. “Ik vertel mijn verhaal graag”, zegt Sandra, “ik wil laten zien dat het altijd nog goed kan komen. Ook al sta je er beroerd voor.”
Sandra, die haar echte naam liever niet vertelt, had een moeilijke jeugd als enig kind. Haar ouders hadden veel ruzie en scheiden toen ze nog klein was. Op school werd ze veel gepest. Na de lagere school, ging Sandra naar de huishoudschool. Die maakte ze af op haar 16e. Inmiddels ging Sandra regelmatig uit. “Daar maakte ik verkeerde vrienden en raakte ik aan de drugs. Ik gebruikte cocaïne, in het begin een keer in de twee weken. Mijn moeder merkte in het begin niks. Ik werd verliefd op een jongen, waarna ik steeds meer begon te gebruiken. Ik had natuurlijk geld nodig om aan drugs te komen. Stelen werd een dagelijkse hobby. Het was een spannende tijd, maar ik deed mijn moeder veel verdriet. Mijn hart was geblokkeerd, ik voelde niks meer. Uiteindelijk werd ik gepakt en belandde ik in de gevangenis.” Sandra vond het daar fijn. “Het was er heel gezellig. Ik had veel vrienden en een zelfstandige ruimte op de begane grond. Ik voelde me er niet meer alleen.”
Heftige tijd
Na negen maanden kwam Sandra vrij. Ze pikte haar oude leventje moeiteloos op. “Het was een heftige tijd. Ik stal en zette alles om in drugs. Op een dag werd ik opgepakt voor beroving met geweld, die ik niet had gepleegd. Ik stond vaak alleen op de uitkijk, maar van deze beroving met geweld wist ik niets. Ik had een knappe vriend waar ik vreselijk verliefd op was. Hij had echter ook zware psychoses, waardoor hij soms bizar reageerde en ik bang van hem was. We kregen een zwaar brommer-ongeluk. Ik lag een week in coma lag en de linkerkant van mijn lijf helemaal verbrijzeld was. Na het ongeluk ben ik wat rustiger geworden. Toch ging het niet goed. Ik gebruikte inmiddels speed en was echt heel ziek aan het worden. Uiteindelijk kwam ik bij een dokter, die een zwangerschapstest deed. Ik was heel blij, had nooit gedacht dat ik –ondanks mijn vele drugsgebruik- nog zwanger zou kunnen raken.”
Op weg naar betere toekomst
Niet iedereen was zo blij als Sandra. “Na mijn gevangenisstraf kreeg ik begeleiding vanuit de reclassering en zij schrokken enorm. Ze kwamen meteen praten. Ook mijn moeder was het er niet mee eens. Ze was bang dat ze het kind meteen van me af zouden nemen. En mijn ex had al formulieren opgehaald voor een abortus. Ik wist echter zeker dat ik mijn kind wilde houden en stopte acuut met de drugs.” Sandra moest via urinecontroles steeds bewijzen clean te zijn en blijven. Dat lukte haar zonder problemen. Ze kreeg extra medische begeleiding in het ziekenhuis bij haar zwangerschap. In haar zevende maand kwam ze terecht bij Sterk Huis.
Steeds sterker
“Hier zette ik mijn eerste stappen op weg naar een betere toekomst. Ik maakte mijn taakstraf van 240 uur die nog open stond af. Dat was geen probleem. Ik vond het gezellig om het werk te doen. Ondertussen werd ik voorbereid op de komst van mijn kindje. Ik was onzeker en bleef bang dat ze mijn kindje zouden afnemen. Ik maakte verschillende keren mee dat een kindje uit huis werd geplaatst. Dat was echt een schrikbeeld. Uiteindelijk belandde ik met een zwangerschapsvergiftiging in het ziekenhuis. Inmiddels had ik mijn relatie beëindigd, maar mijn ex bleef me manipuleren. Ik was echt bang voor hem. Toen werd mijn zoon geboren. Wat was ik blij!” Na een paar dagen gingen we met z’n tweeën naar De Bocht (voorloper van Sterk Huis). Hier was er de eerste week nachtzorg voor de baby. Al snel was dat niet meer nodig. Ik werd steeds sterker. Ik kon de zorg voor mijn kind zelf aan, al was er nog wel vrijwillige jeugdzorg. Nadat mijn ex in een psychose mijn zoon mee nam toen ik met hem aan het wandelen was, heb ik alle contact met hem verbroken. Langzaam groeide ik toe naar zelfstandigheid. Mijn zelfvertrouwen groeide. Er waren steeds minder momenten om terug te vallen op de begeleiding. Dat ging goed.”
Op eigen benen
Na ruim een jaar kon Sandra met haar zoontje Sterk Huis verlaten. Ze ging zelfstandig wonen met haar zoontje en is veel bij haar moeder. “Het gaat goed. We zijn echt een gezin met zijn drieën. Mijn zoontje zit inmiddels op school en doet het goed. Al mijn schulden zijn opgelost. Ik kan nu zelfs sparen. Ik krijg hele positieve reacties op mijn nieuwe leven van mensen die me nog uit mijn slechte tijd kennen. Ook doe ik allerlei leuke dingen met mijn zoontje. Ik doe alles voor hem. Hij maakt me echt gelukkig!”
Sandra is een fictieve naam van een echte vrouw die zelf koos voor een beter leven!