Wie zwijgt, stemt toe. Een uitspraak die niet altijd opgaat. Wie iets naars overkomt, is vaak bang om erover te praten. Mede door het oordeel van de wereld. Wie zwijgt, voelt angst en schaamte, klopt dan beter. Als we iets tegen mensenhandel willen doen, moeten we dát doorbreken: ons oordeel, het wijzen naar een ander. Zodat iemand durft te praten en niet meer te chanteren is. Besef dat het iedereen kan overkomen. Ik doe daarom een luide oproep: oordeel niet langer, praat in alle openheid over de gevaren, kijk niet weg, stop het zwijgen!
Erin geluisd
Er bestaan verschillende vormen van mensenhandel. Of het nu gaat om seksuele uitbuiting, criminele uitbuiting of arbeidsuitbuiting, er is altijd sprake van afhankelijkheid. Je wordt erin geluisd en bent vervolgens chantabel. Dat maakt mensenhandel een lelijk ding. Vooral omdat mensen zich schamen: ik ben dom geweest en heb het over mezelf afgeroepen. De zwijgende meerderheid heeft veel gezichten. Slachtoffers durven niets te laten zien, dus wij zien ook niets óf sommigen doen alsof ze het niet zien. Het zit verstopt, op een plek waar niemand wil zijn. Dat maakt het makkelijker om onze ogen ervoor te sluiten. Wij mensen zien liever geen rottigheid.
Topje van de ijsberg
Maar wie wél durft te kijken, ziet genoeg om zich zorgen te maken. En dan hebben we het nog maar over het topje van de ijsberg. We hebben een grote opdracht met elkaar, waarbij we niet om de invloed van internet heen kunnen. De mensenhandelaar van vroeger, met een duidelijk profiel, is vager geworden. We hebben meer dan ooit met zwarte cijfers te maken. De vijand verschuilt zich en wij weten ons daar (nog) niet tegen te wapenen.
Niet bij te benen…
Ieder kind heeft voortaan een mobieltje in de hand. Wat zich daarop afspeelt, is voor veel ouders een raadsel en niet bij te benen. Ze hebben daardoor minder invloed op hun kind dan vroeger. Kinderen experimenteren, leggen online contacten, verleggen hun grenzen, worden verliefd op een digitale onbekende, laten teveel van zichzelf zien en… zijn dan plots chantabel. Ook LHBTIQ-jongeren die worstelen met hun seksuele identiteit zijn kwetsbaar. Als iemand experimenteert of teveel openheid geeft, kan een ander daar misbruik van maken. De snelheid waarmee dat gaat, is zorgelijk. We staan voor de opgave hiermee om te leren gaan. Een opgave die we nog altijd niet omarmen met elkaar, simpelweg omdat het ons aan kennis ontbreekt.
Mensenhandelaren verschuilen zich achter vele platforms
Als je kijkt naar bepaalde chatboxen waarin jongeren terechtkomen, maak ik me grote zorgen. Denk aan Omegle, een platform waar de meesten van ons nog nooit van gehoord hebben, waar jongens en meiden meteen richting seks worden gepraat. Of denk aan alle linkjes die kinderen elkaar via Snapchat doorsturen: heel andere koek dan de seksboekjes van vroeger. Juist achter deze platforms zitten mensenhandelaren verscholen, die op slinkse wijze te werk gaan en de kansen van social media benutten. Bij Snapchat verdwijnt elk berichtje meteen, waardoor ouders niks kunnen teruglezen. Er kan dus veel engs gebeuren, zonder dat we het weten.
Waarschuw: doe het never nooit niet!
Voor veel opvoeders voelt dit machteloos. Nare onderbuikgevoelens borrelen op, maar niemand weet hoe en waarop in te grijpen. We zouden daarom kennis die al beschikbaar is – onder meer binnen de specialistische jeugdzorg en bij de politie na zaken van grooming of sexting – moeten delen. Waardevolle informatie over gevaarlijke netwerken om kinderen te beschermen. Ik denk bijvoorbeeld aan een wekelijks platform met nieuwe waarschuwingen: Omegle, doe het never nooit niet! Open de ogen en leer van het verleden. Vroeger werd een meisje ingepalmd door een loverboy, waarna ze maanden later ging prostitueren. Nu zit daar nog maar 24 uur tussen. Hoe is dat mogelijk, wat hebben we gemist, hoe kunnen we kinderen waarschuwen? Sowieso door het zwijgen te doorbreken. Geef voorlichting op scholen over de zwarte kant van het internet. Voer gesprekken met jongens en meiden en vraag: herken je dit, heb je ermee te maken, hoe bescherm je jezelf, met wie kan je het delen? En draag als school uit: als jou iets lelijks is aangedaan, dan heb jij het bij ons nóóit gedaan. Wij steunen jou.
Niet jouw schuld
Vooral openheid creëren – door het wegnemen van oordelen en taboes – is belangrijk. Een jongen zonder vrienden, een meisje met een slecht zelfbeeld, een kind dat zich door ruziënde ouders onzichtbaar heeft gemaakt, een alleenstaande minderjarige vluchteling: ze zijn allemaal op zoek naar ‘iets’ en kunnen zo in de digitale val trappen. Dat maakt je geen domoor. Er is jou iets aangedaan, je bent gechanteerd. Dat is niet jouw schuld. Chantage werkt omdat de wereld een oordeel heeft. Als dat oordeel verdwijnt, durft iemand sneller eerlijk te zijn over wat hem of haar is aangedaan en krijgt chantage geen kans meer.
Als wij onze kinderen niet opvoeden, doet het internet het
Om kinderen voor te bereiden op de onvoorstelbare invloed van het internet, moeten we hen steviger maken. Alle kinderen gaan naar school: een kans die we moeten benutten om hen iets extra’, iets wezenlijks, mee te geven. Leer kinderen op holistische wijze naar zichzelf te kijken. Het draait niet alleen om goede cijfers, maar vooral om wie je bent als persoon, waar je trots op bent, of je je geliefd en veilig voelt. Als wij onze kinderen niet opvoeden, dan doet het internet het. Ook op seksueel gebied. En dat heeft niets met gelijkwaardigheid, liefde en intimiteit te maken. Een mens socialiseert van nature vanuit de omgeving en vanuit opvoeding, maar het internet haalt ons socialisatieproces in. Dat is beangstigend.
Leg niemand het zwijgen op
Als je stabiel, gezond en positief in elkaar zit en langzaam je eigen kompas leert kennen, kun je beter met het internet omgaan en durf je sneller te praten als jou iets overkomt. Vooral als je je in een veilige omgeving bevindt, zonder oordelen. Daarin hebben we nog een slag te maken met elkaar. Wij maken dat mensen kwetsbaar zijn, doordat we een felle mening hebben. Kijk naar alle haatreacties op social media. Is iemand daarmee geholpen? Absoluut niet. Je legt daarmee iemand alleen nog maar meer het zwijgen op, met alle verdere risico’s van dien, zoals een toename van het aantal suïcides.
Ontschuldigen
We moeten dus iets anders doen: slachtoffers in onze armen sluiten en daarmee mensenhandelaren de rug toekeren. Het is ook heel belangrijk dat we mensen daarbij ontschuldigen. Als iemand zichzelf leert begrijpen en inziet waarom hij of zij makkelijk te beïnvloeden was (als je ouders nooit luisterden, is het logisch dat je aandacht bij een onbekende zocht), lukt het om uit de cirkel van ‘ik deug niet’ te stappen en vrijuit spreken. Zo verliezen mensenhandelaren de grote troef van het chanteren. Daarom schreeuw ik uit: als we de stilte doorbreken en de grote zwijgende meerderheid aan het praten krijgen, verliezen mensenhandelaren eerder hun stille macht.
Lian Smits
Bestuurder Sterk Huis